Sproeien

Allereerst is het belangrijk te weten dat er onderscheid gemaakt wordt tussen sproeien en naast de bak plassen. Als je kat grote plassen doet naast de bak of op vreemde plekken in huis, is er vaak sprake van een blaasprobleem. Verstandig is dan contact op te nemen met je dierenarts. Sproeien wordt vaak gedaan door katers, maar soms ook door poezen. Katten sproeien kleine beetjes urine op bepaalde plekken, vooral verticale plekken. Bijvoorbeeld tegen een bankstel of tegen de muur. Dit territoriale gedrag ontstaat vaak als gevolg van stress die je kat ervaart. Vaak is er iets in de omgeving die de stress bij je kat veroorzaakt.

Wat zijn de mogelijke oorzaken van sproeien van katten?
De oorzaken kunnen heel divers zijn en soms is het echt goed zoeken naar de oorzaak. Sproeien heeft vaak met stress te maken. Er kunnen heel veel oorzaken zijn van stress voor je kat, die je zelf niet altijd doorhebt. Bijvoorbeeld te veel katten in huis, vreemde katten in huis of in de tuin, katten in huis die geen kameraden zijn, verbouwing/verhuizing, vakantie, verandering van routine (bijvoorbeeld door veranderend werkschema van de eigenaar), nieuwe partner, geboorte van baby, en straffen. Daarnaast kan ook frustratie een rol spelen (bijvoorbeeld als je kat naar buiten wil, maar dit niet kan/mag). Sproeien kan ook een onderliggende oorzaak hebben als een blaasontsteking. Ook met katten die sproeien kan het heel nuttig zijn om langs je dierenarts te gaan om uit te sluiten dat het om een blaasprobleem gaat.

Wat kan ik zelf tegen het sproeien van katten doen?
Er zijn verschillende dingen die zouden kunnen helpen als je een kat hebt die sproeit. Ten eerste kun je eens kritisch kijken naar je kattenbak(ken). Sommige katten gaan sproeien, omdat ze de kattenbak niet meer prettig vinden. Een simpele verandering van bak of korrel kan al voldoende zijn, ook vaker schoonmaken kan een oplossing zijn. Staat de kattenbak wel op een rustige plek? Zet geen eten- en drinkbakken in de buurt van de kattenbak. Ook het plaatsen van een tweede (of derde) bak kan soms al heel veel schelen.

Ten tweede kan het castreren of steriliseren van je kat zorgen voor een afname van hormonen (die territoriaal gedrag stimuleren). Het zou dus een methode kunnen zijn om het sproeigedrag te verminderen. Wil je het echter goed op lossen, dien je eigenlijk de oorzaak van de stress te achterhalen en weg te nemen. Pas op dat moment zullen andere methodes ook zin kunnen hebben.

Het straffen van een kat is geen oplossing voor het sproeien. Enerzijds omdat het straffen vaak op een verkeerde manier gebeurd. Anderzijds omdat straffen de oorzaak van het probleem niet weghaalt en in het geval van stress alleen maar verergert.

Het plaatsen van eten- en drinkbakken op de plekken waar gesproeid wordt, is vaak een hele goede manier om het sproeien op die plek te laten ophouden. Het grote nadeel hiervan is echter dat de sproeiplek zich verplaatst.

Het schoonmaken van sproeiplekken van katten
De sproeiplekken kun je schoonmaken met Biotex en alcohol. Alleen schoonmaken met allesreiniger is niet voldoende, de geur van urine blijft aanwezig. Ook mag je nooit schoonmaken met azijn, chloor of bleek.

Na het schoonmaken kun je de plekken behandelen met Feliway. Dit is een middel waar feromonen inzitten. Feromonen zijn natuurlijke stoffen die uitgescheiden worden door katten. Het gebruik van feromonen werkt rustgevend op je kat en zal de stress verminderen. Deze middelen zijn ook verkrijgbaar in een verdamper, die erg veel baat kan geven bij katten die sproeien. Je dient de verdamper in iedere kamer te gebruiken waar je kat komt, of waar je kat vaak sproeit en zeker in de kamer waar je kat het vaakst is.

Als laatste bestaan er speciale kattenluiken op chip, waardoor alleen jouw kat naar binnen kan en niet meer alle andere katten uit de buurt. Je kan ook proberen om je kat een tijdje binnen te houden, misschien is stress door een buurtkat wel het probleem.

Moet ik hulp inschakelen bij het sproeien van mijn kat?
Het is zeker niet altijd noodzakelijk om hulp in te schakelen. Toch kan het handig zijn om de situatie eens met je dierenarts te bespreken. Hij/zij kan nog tips hebben, kan met je meedenken over mogelijke oorzaken en kan je eventueel doorverwijzen naar een gedragsdeskundige. Ook zou je dierenarts kunnen helpen met aanvullende medicatie (licht-kalmerende middelen). Zelf zou je kunnen proberen met bovenstaande adviezen of je het sproeien kan beperken, lukt dit niet, dan is het altijd verstandig professionele hulp in te schakelen.