Waar moet je op letten?
Sinds 1 februari 2015 is er een lijst opgesteld van alle zoogdieren die gehouden mogen worden. De meeste dieren, zoals honden, katten en konijnen, mogen door iedereen gehouden worden. Sommige zoogdieren mogen alleen gehouden worden als je kan voldoen aan richtlijnen. Deze richtlijnen betreffen informatie over de specifieke voorwaarden voor dat dier. Zoals het soort voer en hoe groot het hok minimaal moet zijn. Dit zijn veelal dieren die je in de dierentuin kan vinden.
Konijnen kunnen dus gewoon gehouden worden, maar wie wil nou niet het beste voor zijn/haar konijn? Daarom wordt hieronder besproken waar je allemaal op moet letten als je goed voor je konijn wil zorgen. In zijn algemeenheid geldt dat dieren voldoende bewegingsvrijheid hebben, beschermd worden tegen slechte weersomstandigheden, ze hun natuurlijk gedrag (zoveel mogelijk) kunnen vertonen, zieke en gewonde dieren direct geholpen worden en dat de dieren voldoende gezond en geschikt voer en water krijgen. Maar wat betekend dat dan voor je konijn?
Het hok
De voorwaarden voor goede huisvesting zijn onder andere:
-
Er mogen geen scherpe randen, uitsteeksels of andere situaties zijn waardoor het dier gewond kan raken.
-
De ruimte moet gemakkelijk kunnen worden schoongemaakt en ontsmet.
-
De ruimte en de materialen zijn aangepast aan de behoeften die het dier van nature heeft. Denk bijvoorbeeld aan het dag- en nachtritme van het dier.
-
Een zwanger dier of een dier met kleintjes heeft voldoende en geschikte nestruimte.
-
Alleen dieren die samen in een groep kunnen leven, mogen samen in een hok geplaatst worden.
Tot zover klinkt dit allemaal heel logisch. Er wordt nu wat specifieker in gegaan op de behoefte van je konijn.
Een kooi voor een konijn moet verdeeld worden in 2 functionele gedeeltes; een deel voor liggen en slapen en een deel voor activiteiten. Een draadkooi is het meest geschikt, dit kan goed geventileerd worden en makkelijk schoon te maken. Een konijn wat los in huis loopt, heeft alleen een kooi nodig waarin die uitgestrekt op de zij kan liggen. Anders is de lengte van de kooi afhankelijk van de grootte van het dier: Het konijn moet minimaal 3 hoppen kunnen maken (dit komt neer op ongeveer 2 meter voor een konijn van 5kg). De kooi moet tevens hoog genoeg zijn dat het dier op de achterpoten rechtop kan staan. De ideale bodembedekking is iets wat lijkt op aarde. Konijnen zijn erg gevoelig voor pododermatitis (ontstekingen van de voetzolen). Dit kan ontstaan door een verkeerde ondergrond. De bedding moet zacht zijn en regelmatig vervangen worden (als het nat is). Glazen kooien zijn ongeschikt, omdat die niet goed geventileerd kunnen worden.
Een konijn buiten moet uit de wind staan en mag niet te koud (niet onder 4°C). In de winter zou je je konijn in de schuur kunnen zetten, of beschutten tegen kou door delen van het hok dicht te maken. Niet te veel natuurlijk, want dan kan er niet voldoende gelucht worden. Konijnen kunnen slechter tegen hitte (>28 graden) en moeten hier daarom goed tegen beschermd worden met koele plaatsen om te liggen.
Konijnen zijn van nature hele schone dieren en doen graag alle behoeftes op 1 plek. Je zou kunnen overwegen om een speciaal toilet voor konijnen aan te schaffen. Deze zijn gemakkelijk te legen en schoon te maken.
Voer voor konijnen
Konijnen zijn selectieve eters. Ze eten het liefst zachte, sappige planten die een beetje zoet zijn. Dit combineren ze met ruwvoer (hooi) voor de beweging van het maagdarmkanaal, ze kauwen dit heel grondig en zijn het grootste gedeelte van dag hiermee bezig. Konijnen kunnen grote hoeveelheden hooi verwerken in een korte tijd, ze eten meestal in de vroege morgen en gedurende de nacht.
Konijnen in gevangenschap krijgen meestal vooral brokken te eten. Echter zitten er te weinig vezels in deze brokken. De dieren kunnen daarom obesitas krijgen en chronisch aan de diarree raken. Een konijn is grotendeels afhankelijk van hooi en dit zal dan dus ook altijd aanwezig moeten zijn in het hok. In de regel houden we aan dat een konijn, per kilogram, niet meer dan 20g brokjes per dag mag.
Te weinig voer kan leiden tot het plukken van de vacht en obsessief knagen. Verveling en destructief gedrag kan opgelost worden door de kooi en het voer te verrijken; gras en hooi geven, groentes en snoepjes in het hok verstoppen, kartonnen dozen om aan te knagen of knaagspeeltjes en/of houten takken geven. Denk er weer aan om niet te veel snoepjes of brokjes te geven.
Samen of alleen?
Konijnen in het wild leven in grote stabiele groepen van soms wel enkele honderden dieren en zijn zowel bovengronds als ondergronds actief. Om die reden moeten ze bij voorkeur met meer gehouden worden. Geschikte groepen zijn de gemixte groepen met deels gesteriliseerde en gecastreerde dieren en deels intacte dieren.
Je kan niet zomaar ieder konijn bij een ander konijn zetten. Konijnen kunnen vechten tot de dood. Het koppelen van konijnen is iets wat zorgvuldig gedaan moet worden. Het beste is om dit te laten doen door mensen die hier ervaring mee hebben.
Je konijn los in huis
Konijnen hebben dagelijkse beweging nodig, niet alleen voor de conditie en het plezier, maar het stimuleert ook de darmbewegingen. Deze zijn heel belangrijk voor konijnen.
Het is belangrijk rekening te houden met de normale behoeften van een konijn als het los wordt gelaten in huis. Konijnen knagen en krabben aan alles en hebben de behoefte om te rennen en te verstoppen bij mogelijk gevaar. Dus let op met giftige planten als aronskelk (dieffenbachia seguinae), oleander (nerium oleander) en elektriciteitsdraden. Tevens is het goed om omgekeerde kartonnen dozen neer te zetten waar ze onder kunnen zitten.