• July 24, 2023

Wormen

Wormen, een vaak onzichtbare bedreiging
Wormen zijn inwendige parasieten en een veelvoorkomend probleem bij onze huisdieren, een besmetting is heel makkelijk opgelopen. Wist u bijvoorbeeld dat wormeieren eigenlijk overal in uw omgeving te vinden zijn? Bijvoorbeeld in parken, op straat en in zandbakken. Lintwormen worden overgedragen door de vlo en het eten van een vogel, slak of muis is ook niet zonder gevaar. En nu denkt u misschien “mijn dier komt niet buiten dus ik heb daar geen last van” maar helaas, u kunt wormeieren ook gemakkelijk aan uw schoenen of kleding mee in huis nemen en zo uw dier infecteren. Kortom, een besmetting zit in een klein hoekje.

Helaas zijn wormen bijna altijd een onzichtbaar probleem. Uw huisdier krijgt wormeieren binnen, deze groeien in het lichaam uit tot volwassen wormen, terwijl u van dit proces niets meekrijgt. Het belang van ontwormen wordt daarom vaak onderschat. Pas als uw huisdier heel erg besmet of verzwakt is, wordt duidelijk dat het om een wormbesmetting gaat. Maar ook hier geldt: voorkomen is beter dan genezen. Bescherming tegen beestjes aan de binnenkant, is dus minstens zo belangrijk als bescherming tegen beestjes aan de buitenkant.

Wormen in detail
U vraagt zich na het lezen van deze informatie vast af hoe een worm er nu uit ziet. We hebben daarom ingezoomd op de 2 soorten wormen die vaak voorkomen:

Rondworm
Rondwormen zijn grote witte wormen met een buisvormig lichaam. De belangrijkste rondworm is de spoelworm. Dit is een worm van enkele millimeters dik en ongeveer 15-35 centimeter lang.

Lintworm
Lintwormen zien eruit als lange, platte linten en kunnen enkele millimeters tot wel 2 meter lang worden. Ze bestaan uit een kop, een hals en een groot aantal schakels die gevuld zijn met tientallen lintwormeitjes. Wanneer deze schakels loslaten vind je ze vaak ter hoogte van de anus, in de vacht of in de vorm van “rijstkorrels” in de mand.

Onzichtbaar, of toch niet?

Bij gezonde volwassen dieren geeft de wormbesmetting meestal geen symptomen. Echter, doordat ze de wormen wel bij zich dragen scheiden die dieren wormeitjes uit via de ontlasting. Dit vormt weer een risico voor andere dieren, maar ook voor mensen. De volgende symptomen kunnen mogelijk zijn bij erge besmetting of verzwakte dieren:

  • Uitbraken van wormen of wormen in de ontlasting

  • Vermageren en/of groeivertraging

  • Bloedarmoede

  • Doffe vacht

  • Verminderde weerstand

  • Anale irritatie (bijvoorbeeld ‘sleetje rijden’) - bij de hond

  • Braken

  • Diarree of juist verstopping

  • Hoesten, sterfte (meestal bij jonge dieren) - bij de hond

Schadelijk voor mijn huisdier, hoe zit het dan met mij?
Mensen worden meestal niet ziek van een wormbesmetting, maar áls het gebeurt kan dat ernstige gevolgen hebben. De larven van de wormen kunnen zich namelijk verplaatsen naar bijvoorbeeld de ogen, de longen en de huid en daar schade aanrichten.

Vooral kinderen lopen een verhoogd risico deze eitjes per ongeluk in te slikken na contact met besmette grond of intensief contact met huisdieren.

Kinderen met een aanleg voor allergie of astma kunnen na een infectie met spoelwormlarven meer last hebben van astma of allergische klachten. (1)

Tips om wormen te voorkomen

  • Persoonlijke hygiëne: was uw handen met water en zeep na het aaien, voeden, knuffelen of ander contact met dieren, hun slaapplek of uitwerpselen. Ook na het buitenspelen of in de tuin werken is het belangrijk hieraan te denken. Houd de nagels kort om te voorkomen dat resten achter de nagels blijven zitten.
  • Verminder het risico dat uw huisdier een infectie krijgt middels voer. Let daarom op met het geven van rauw vlees.

  • Omgeving: ruim dagelijks de uitwerpselen op van uw hond en werp deze in een afvalbak. Neem ook op wandelingen steeds een hondenpoepzakje mee. Verschoon de kattenbak regelmatig en gooi de uitwerpselen in een afvalbak.

  • Controle: controleer de ontlasting regelmatig op wormen. Bij twijfel raadpleeg uw dierenarts.

  • Eet geen ongewassen bosvruchten, deze kunnen besmet zijn met wormeieren.

  • Kinderen: let op blootstelling aan een mogelijk onhygiënische omgeving. Dek zandbakken af en voorkom dat dieren in de zandbak komen.

  • Voorkom vlooien bij uw huisdier: vlooien kunnen lintwormen overdragen. Indien uw huisdier last heeft van vlooien, behandel tevens tegen lintwormen.

  • Vermijd contact met loslopende honden, katten en vossen.

Afgezien van bovenstaande maatregelen is het ook heel belangrijk uw huisdier regelmatig te ontwormen. Door de onafhankelijke organisatie ESCCAP wordt aanbevolen dit minimaal 4x per jaar te doen.

1: Aspects of Toxocara epidemiology in The Netherlands, Overgaauw P., Sept 1997